Nadine Ahr
Ze waren verliefd maar konden door omstandigheden niet samen verder. Ria, weduwe, en Edwin, gescheiden, komen elkaar een half leven later opnieuw tegen en besluiten nooit meer uit elkaar te gaan. Ze brengen vele gelukkige jaren met elkaar door – totdat Ria tekenen van dementie begint te vertonen. Al snel herkent ze Edwin niet meer en begint te schreeuwen als ze hem ziet. Hij blijft zich liefdevol over haar ontfermen, maar haar toestand verslechtert zo dat hij het uiteindelijk niet meer voor haar kan zorgen.
Hun kleindochter vertelt het aangrijpende verhaal: over oma, die de greep op de werkelijkheid langzaam kwijtraakt, en opa, die de liefde van zijn leven een tweede keer verliest, ditmaal aan een ziekte die de herinnering aan hun grote geluk definitief vernietigt.
- ISBN-nummer: 9789021456218
- Verschijningsdatum: 6/01/2015
- Aantal bladzijden: 240
- Uitgeverij: Singel Uitgeverijen
- Prijs : € 12,99
Over de auteur :
Nadine Ahr (Hannover, 1982) studeerde geschiedenis en communicatiewetenschap. Zij is als journaliste werkzaam voor Die Zeit. Voor De belofte ontving zij verschillende prijzen, waaronder de Deutsche Reporterpreis 2013.
In Nederland leven 250 000 mensen met dementie. Het is een cijfer dat niets zegt over hoe verdrietig ook de naaste verwanten van de dementerenden zijn. Nadine Ahr vertelt op persoonlijke wijze hun verhaal, glashelder en hartverscheurend. (TAZ)
Wat vind ik over het boek?
Eerst was ik wat schuw om dit boek te lezen. Ik stelde het steeds uit en nam andere boeken voor. Ik was bang dat het een zwaar boek zou zijn. Het is een heftig verhaal maar ik kon er redelijk goed mee om. Het is heel echt verteld. Ik herkende vele situaties zoals bij mijn papa.
Het verhaal begint met een proloog waarin verteld wordt over de begrafenis van haar grootvader. Op het einde van het boek in de epiloog krijg je een hele mooie grafrede die Nadine in haar gedachten zegt over haar grootvader terwijl de priester een koele nietszeggende rede voert. Wat zij daar allemaal denkt, is zo mooi, zo liefdevol.
Het is augustus 1945 : Edwin heeft 4 jaar gevochten in de Tweede Wereldoorlog. Over zijn verleden en het verleden van Ria lees je telkens verder in schuingedrukte tekst. Zo kan je het onderscheid maken met het heden en wat Nadine meemaakt.
De titel : De belofte speelt hier een grote rol in ieders leven. Edwin doet in het begin een belofte aan Irmgard, dat hij met haar zal trouwen wanneer hij terugkomt van de oorlog. Maar ondertussen leert hij Ria kennen. Moet hij zijn belofte houden? Verder in zijn leven zal hij nog een belofte doen. Zal hij die kunnen houden? En wat als dat niet kan? Het doet ons ook nadenken over de mogelijke beloftes die wij doen.
Nadine vertelt over haar oma en opa en herinnert zich de mooie dingen in het leven. Vijfenzestig jaar later. Haar opa houdt het niet meer vol met Ria die dement wordt. Ondertussen lees je over hun leven samen. Een mooi liefdesverhaal. Maar het wordt steeds schrijnender. Hoe lang hou je het vol om met iemand die dementeert samen te leven? Dat is de grote vraag. Dat heb ik ook aan den lijve ondervonden. Mijn mama wou niet de beslissing nemen om hem in een tehuis onder te brengen, maar mijn zus en ik hebben dat beslist nadat mama ziek gevallen was. De zorg was haar te zwaar geworden. Hier is het ook zo : Edwin is al heel oud en kan ook niet meer voor haar zorgen. Hij vindt het heel erg en kan het zich niet vergeven.
Op p. 151 beschrijft Nadine de vier fasen van dementie. Niet zakelijk, maar met uitleg en in een gesprek met de directrice. Dat herken ik volledig. Eerst is er de woede, de hallucinatie, de angst. Daarna komt de tweede fase waar ze de tijden door elkaar haalt. In de derde fase zal het steeds meer opgaan in het verleden sterker worden. Ze zal haar familieleden niet meer herkennen. In de vierde fase zal ze haar lichaamsfuncties verliezen. Het stadium van het vegeteren.
Dit verhaal is enerzijds een mooi liefdesverhaal en anderzijds een herinnering aan haar oma en opa (die eigenlijk niet echt haar opa is, maar ze houdt zielsveel van hem.)
Enkele mooie quotes :
p. 25 : “Mijn oma is dement.” Ik slik, moeizaam. Het komt niet door de wijn, het komt door mijn woorden.
p. 41 : “Vannacht ben ik wakker geworden en wilde haar aanraken. Toen schoot me pas weer te binnen dat ze er helemaal niet meer is.”
p. 74 : Omdat hij haar heeft beloofd dat hij haar nooit zal verlaten.
p. 128 : Daarom gaat hij weg. Om het beeld te bewaren. Van haar. Van hen. Edwin wil Ria van een afstand liefhebben. In zijn herinnering.
p. 129 : Mag je een mens verlaten omdat hij dement is? Mag je weggaan alleen maar omdat het moeilijk en vermoeiend is?
p. 129 : Ik ben dichter bij haar als we van elkaar gescheiden zijn.
p. 131 : Diepe rimpels die haar er moe deden uitzien. Het leven met Friedel had zijn sporen achtergelaten. Het had zich ingevreten, eerst in haar ziel, daarna in haar huid.
p. 139 : Toen kwam de grote liefde over hen. En toen, niet veel later, zei hij nog iets. “Meisje, beloofd, nu laat ik je nooit meer los.”
p. 140 : Het tehuis waar hij gaat wonen is een plek waar je met plezier leeft. Een plek waar ook doodgaan niet erg meer lijkt. Zo idyllisch is het.
p. 142 : Ik denk aan Edwins teleurstelling in zichzelf. Aan hoe hij met zichzelf overhoop ligt, zichzelf niet kan vergeven dat hij zijn belofte heeft gebroken.
p. 144 : Een “voor altijd” bestaat niet. Hooguit in sprookjes. Het is een zeepbel die uiteenspat. Wat achterblijft is de werkelijkheid. Eerlijk. Wrang.
p. 169 : Daarna sprak hij nooit meer over zijn bezoek aan Ria. Als je er niemand over vertelt, is het alsof er niets is gebeurd. Alleen jezelf kun je niet voor de gek houden, helaas.
p. 190 : Misschien komt het omdat je aan het eind van je leven getuigenis wilt afleggen, misschien ook omdat je graag wilt dat er iets van je overblijft.
p. 225 : De epiloog is zo mooi verwoord. Ik wil het nu niet hier plaatsen omdat ik dan teveel vertel. Lees dit prachtige boek en laat je gevoelens de vrije loop.