Interview met Sandra Ringoot
1. Je schreef een knap debuut. Hoe ben je ertoe gekomen? Wel, ik moet toegeven dat ik niet meteen het hele verhaal in m’n hoofd had zitten. De kiem is ontstaan door enkele onderwerpen die ik samengesmolten heb tot een verhaal; namelijk een ‘burn-out’ wat regelmatig een gespreksonderwerp was en nog altijd is, in de media. Dat tezamen met een prachtige 6-delige documentaire die ik gezien had over Australië. Meer had ik eigenlijk niet nodig om mijn fantasie te laten spreken. Drie vrouwen leek me handig om verschillende karaktertypes te kunnen schetsen. Ik ben beginnen schrijven tijdens mijn ziekte op aanraden van een verpleegster. Zij zette me ertoe aan om te gaan schrijven en vertelde me dat schrijven heilzaam voor je ziel is en helend kan werken. Zo schreef ik eerst een verhaal over m’n gevoelens en ervaringen die kanker bij me losmaakte. Nadien schreef ik een sprookje, maar dat beviel me toch niet zo. Dan was de tijd gekomen om ‘Birdylove’ te gaan schrijven. Door de kanker was ik genoodzaakt om m’n lichaam de nodige rust te gunnen en schrijven kon ik overal als het ware; in de zetel, in bed of aan m’n bureau. Het schrijven beviel me zodanig dat ik blijven schrijven ben!
2. Hoe voelde je je toen je boek uitkwam?
Toen m’n boek uitkwam overviel me een dubbel gevoel, enerzijds was ik supertrots, maar toch ook een beetje onzeker omdat je nooit weet hoe je boek gaat ontvangen worden door het lezerspubliek. In ieder geval was het een droom voor me die uitkwam. Nu ben ik toch blij dat ik de stap gezet heb, dat ik het heb kunnen uitvoeren. Want er komt enorm veel bij kijken om een boek in eigen beheer uit te geven. Er komt ook een serieuze portie zelfdiscipline bij kijken. Schrijven is volharden en geloven in je verhaal dat je wil neerzetten.
3. Welk onderzoek heb je moeten doen om dit verhaal te schrijven?
Om ‘Birdylove’ te kunnen schrijven heb ik veel research gedaan. Ik heb eerst acht reisgidsen uitgelezen over Australië en niet te vergeten: de documentaire waarmee het allemaal begon. Ook was het nodig om Google Earth te gebruiken, aangezien ik nog nooit naar Australië geweest ben. De locaties en bezienswaardigheden werden zo voor mij visueel duidelijker. De rest is verbeelding die je moet hebben om een fictief verhaal geloofwaardig te laten overkomen.
4. Waar haalde je je inspiratie?
Mijn inspiratie of drijfveer was eigenlijk een beetje proberen te ontsnappen aan de ellende van de chemobaxters, verdriet, angst en zo alles een beetje te kunnen verbloemen door de fantasie van het schrijven. Het piekeren ruimde plaats voor de begeestering van het schrijven. Schrijven werd echt mijn passie waarin ik kon wegvluchten. Misschien heeft het een beetje meegeholpen aan mijn genezingsproces?
5. Waarom dit genre?
Thriller leek me gewoon leuker om te doen. Een spannend verhaal schrijven is een uitdaging; er komt heel veel bij kijken want elk detail moet kloppen.
6. Volgt er een nieuw boek?
Komt er een nieuw boek? Daar ben ik eerlijk gezegd nog niet aan uit. Misschien?
7. Heb je een eigen plaatsje om te werken?
Ik kan overal schrijven. De beste ideeën kreeg ik trouwens ’s nachts in m’n bed. Dan stond ik op en ik had steevast een blad papier en iets om te schrijven bij me liggen. Dan schreef ik het vlug neer, want anders zou ik het ’s morgens vergeten zijn. Die passages zijn de beste uit het boek. Als ik schrijf moet het wel rustig zijn. Ik ben nogal vlug afgeleid door rumoer. Zachte pianomuziek op de achtergrond is ideaal om mijn personages te creëren.
8. Wat lees je zelf graag?
Ik heb altijd heel veel gelezen. Als kind zat ik steevast met m’n neus in de boeken. Nu ben ik een liefhebber van Karen Rose, Sarah Pinborough, Pieter Aspe, Jill Mansel, Paulo Coelho, Luc Deflo, Kristien Hemmerechts, maar ook minder bekende auteurs kan ik versmaden. Zo ontdekte ik een prachtig boek van een Marokkaanse schrijver en dat verhaal is me altijd bijgebleven. Boeken over vreemde culturen kunnen me uitermate boeien.
9. Hoe koos je de cover? De cover was volledig het idee van Liesl Meeremans. Zij was net afgestudeerd als grafisch ontwerpster en stelde me zelf voor om iets te ontwerpen. Ze kreeg dan ook volledig ‘carte blanche’ van me en toen ze afkwam met een prachtig ontwerp was ik meteen overtuigd. Dat we dit samen hebben kunnen doen als familie is geweldig natuurlijk! Liesl is namelijk de dochter van mijn nicht. Ook het ontwerp voor de extra illustratie was haar idee. Het gedicht dat bij de illustratie hoort is dan weer geschreven door mijn dochter. Zo heeft zij haar steentje ook bijgedragen aan het boek en dat maakt van mij natuurlijk een trotse moeder.
10. Welke tip kun je geven aan iemand die ook wil schrijven?
Ik kan iedereen die wil schrijven aanraden om heel kritisch te zijn voor jezelf. Een boek maken betekent: herschrijven, herschrijven en herschrijven, tot het echt goed zit. Laat je manuscript enkele weken liggen, neem wat afstand en ga er dan terug met een kritisch oog naar kijken. Ik heb er één jaar aan geschreven, maar beter enkele maanden langer eraan te werken, dan té snel willen zijn. Ook had ik te kampen met ‘writer’s block’. Ik had me hopeloos vast geschreven. Na twee maanden op non actief zag ik opeens de oplossing en heb ik het einde volledig herschreven. ‘Geduld’ en ‘volharding’ zijn twee kernwoorden om een boek te maken. Ook research is onontbeerlijk en een portfolio maken van je personages is zeker handig.
11. In hoeverre was het schrijven therapeutisch voor jou?
Het schrijven was in mijn geval heel therapeutisch! Ik heb mijn angsten en zorgen van me afgeschreven. Het gaf me een doel om te blijven vechten tegen dat rotbeest dat kanker toch is. Ik kan iedereen die de diagnose kanker krijgt, aanraden om ervoor te gaan en vertrouwen te hebben. Mijn doel was om een mooi boek te kunnen uitbrengen dat menig lezer zou beroeren. Ik ben blij dat ik daarin geslaagd ben en zo dankbaar dat ik dit nu kan delen met vele leesfanaten.
Beste Sandra, ik heb erg genoten van je boek. Ik was als het ware ook op reis in Australië. Alles was nauwkeurig omschreven. Ik zag er mij al rondlopen. En de spanning was mooi opgebouwd tot het einde. Een verrassend einde! Ik hoop dat je gezondheid nu beter is en misschien mogen we een tweede boek verwachten nu je de smaak te pakken hebt…